Voor de pauze klonken twee vrij onbekende muziekstukken die misschien
hierna wat vaker te horen zijn. Begonnen werd met het trio voor
klarinet, hoorn en contrabas uit 1967 van de Tsjechische componist
František Chaun, die naast componist ook als zanger, pianist,
schilder, schrijver en komisch acteur actief was. Dit muziekstuk klonk
vooral speels. Hoewel de melodielijn soms moeilijk te ontdekken was
vormde de ongebruikelijke instrumentcombinatie toch een mooie eenheid.
Het was een prettige vrolijk stemmende luisterervaring.
Een duet voor cello en contrabas is ook ongebruikeljk. Maar de
Italiaanse operacomponist Gioacchino Rossini schreef het in 1824. De
twee lage strijkinstrumenten spelen doorgaans een begeleidende
ondersteunende rol. Maar in dit stuk geven zij steeds de melodiepartij
aan elkaar. Leuk om te horen, en mooie muziek.
Na de pauze traden alle acht musici aan voor de uitvoering van Schuberts meesterwerk, het Octet voor strijkers en blazers, ook uit 1824. Het werd mooi uitgevoerd met samensmeltende fagot en hoorn, zacht klinkende klarinet en heldere violen met duidelijke ondersteuning en intro's van de drie lagerklinkende strijkers. Het is een lang stuk dat boeide tot het einde.
Rudi van Houten
František Chaun (1921-1981) |
Trio voor klarinet, hoorn en contrabas (1967)
|
Gioachino Rossini (1792-1868) |
Duo in D groot voor cello en contrabas (1824)
|
Franz Schubert (1797-1828) |
Octet in F groot D. 803 (1824) voor 2 violen, altviool,
cello, contrabas, klarinet, fagot en hoorn
|